Bron: Agro&Chemie/Pierre Gielen
Coatings voor kunstmestkorrels liggen onder het vergrootglas. Ze vormen een beschermend laagje en voorkomen zo dat kunstmest tijdens de opslag samenklontert en op het land uit elkaar valt, verstuift of te snel uit de bodem wegspoelt. Ze worden echter meestal gemaakt van paraffines uit minerale olie en die breken slecht af in de bodem. De verwachting is dan ook dat er een Europees verbod op deze coatings aankomt. Bestaat er een biobased alternatief op basis van reststoffen? Die vraag stelde Cargill uit Bergen op Zoom in de 2021 BioVoice challengecyclus.
INSTRAL uit Lelystad kwam met een onverwachte oplossing. “We hebben de challenge van Cargill rond biologisch afbreekbare meststofcoatings omgedraaid”, zegt R&D Manager Jacco Korver.
Jacco Korver “Er zijn namelijk wel biobased coatings, maar die presteren nog niet goed genoeg. Een coating is bovendien vooral nodig omdat de kunstmestkorrels een slechte basiskwaliteit hebben. Cargill heeft mooie grondstoffen waarmee wij denken de kunstmest zelf zo veel beter te kunnen maken dat je daar geen of in ieder geval minder coating bij nodig hebt. In dit geval zou een biologische coating mogelijk wel volstaan.”
Lapmiddel
Het zou een stap vooruit zijn, ook voor de kunstmestindustrie die al jaren zoekt naar mogelijkheden om hun producten te verbeteren. Korver: “Ze zoeken de oplossing meestal in een technische of mechanische hoek, zoals het langzamer laten draaien van een trommel, of het wat verder laten drogen van de korrels. Een coating is dan het laatste lapmiddel. Biobased additieven gebruikt nog niemand. Dat maakt dit onderzoek ook voor ons interessant, want mogelijk boren we hiermee een compleet nieuwe markt aan.”
Tot nu toe is de ontwikkeling nog in een vroege fase. “We hebben een paar successen behaald in het lab en weten dus dat het haalbaar is. Maar veel hangt af van de implementatie, de beschikbaarheid en de kosten van de grondstoffen.” Bovendien zal de samenstelling per kunstmesttype verschillen. “Dat merken we met coatings ook: het is geen standaardproduct.” Nader onderzoek is nodig
Medestanders
Dankzij hun deelname aan de BioVoice challenge kon INSTRAL met Cargill een contract sluiten voor de verdere samenwerking en onderzoek in de komende zes maanden. Nils Janbroers, directeur van INSTRAL, is zeer positief over de samenwerking vanuit BioVoice. “Het was proactief en hands-on. We hebben van het BioVoice-team bovendien de vraag gekregen om vanuit onze markten en kennis mee te denken en te ondersteunen in andere projecten. Het is heel interessant en prettig om medestanders te hebben waarmee je kan brainstormen, anderen kunt helpen en ook geholpen kunt worden.”
